Leeuwarder Courant
22 november 1999
De ontevredenheid van de burger over de Nederlandse politiek groeit. Mensen tonen steeds minder interesse voor politieke kwesties en ook het ledental van de politieke partijen in Nederland kalft steeds verder af. In deze tijd van economische vooruitgang wordt de politiek meer dan ooit verweten dat zij kleurloos en weinig aansprekend is. In de Haagse politiek is dit niet onopgemerkt gebleven. Ook daar wordt de roep om vernieuwing steeds luider. Zo hield D66-voorzitter Tom Kok onlangs een pleidooi voor een nieuwe politieke partij en pleitte CDA-voorzitter Marnix van Rij voor een herbezinning op de koers van de partij.
Mijn verwachtingen waren dan ook hoog gespannen, toen Van Rij vorige week maandag naar Dokkum kwam om daar een spreekbeurt te houden over ‘Het CDA in de 21ste eeuw.’ Ik hoopte op een bezielend en vooruitstrevend verhaal van de nog vrij jonge Van Rij (39), maar ik werd diep teleurgesteld.
CDA-voorzitter Marnix van Rij hanteert een veel te moeilijk woordgebruik om de kiezer aan te spreken. Hij zou een voorbeeld kunnen nemen aan Jan Marijnissen van de SP (foto GPD)
De CDA-voorzitter hield slechts een weinigzeggend verhaal over het ontstaan en samengaan van de verschillende Christen-democratische partijen die ten grondslag liggen aan het CDA.
Vervolgens constateerde hij dat het CDA met 85.000 leden nog steeds de grootste politieke partij is qua ledental en dat de ruim 500 plaatselijke afdelingen die het CDA heeft, een gezonde basis vormen voor de toekomst. En daar moest ik het mee doen.
Zo ging Van Rij niet in op de belangrijkste vraag en dat is: Hoe zorg je dat het ledental van het CDA, dat de laatste jaren met enkele tientallen duizenden is afgenomen, nog verder terugloopt? Het antwoord gaf Van Rij, zonder het te weten, eigenlijk zelf al. Ten eerste merkte hij namelijk op dat de Socialistische Partij (SP) de enige politieke partij is, die momenteel nog groeit qua ledental.
Bovendien gebruikte hij in zijn toespraak zulke moeilijke bewoordingen en zulke lange zinnen, dat het bijzonder lastig was om de strekking ervan te volgen. Het antwoord ligt hem, volgens mij, dan ook in de benadering van de mensen.
Jan Marijnissen van de SP blinkt namelijk uit in het gebruik van gewone, voor iedereen te begrijpen taal. Het CDA heeft daarentegen in haar taalgebruik nog steeds iets elitairs over zich en dat spreekt de gemiddelde Nederlander absoluut niet aan. Met het opkomen van de commerciële televisiezenders is de nadruk immers steeds meer komen te liggen op helder en duidelijk taalgebruik en het wordt dan ook tijd dat de politieke partijen wat dat betreft ook wat meer op hun PR gaan letten.
Een duidelijke politieke koers speelt ook een belangrijke rol bij de benadering van mensen. Wat dat betreft gaf Van Rij tijdens zijn spreekbeurt vorige week geen duidelijke richting aan, toen het ging over het CDA van de 21ste eeuw. Hij stelde alleen voor om een Centrum voor Politiek, Religie en Spiritualiteit op te zetten. Binnen dat centrum moeten Christenen, Joden, Moslims en Hindoes met elkaar in discussie gaan, om zo tot oplossingen te komen voor de problemen van de 21ste eeuw, zoals: armoede, milieu en werkloosheid.
Dit is een heel nobel streven, maar zo’n discussie kan jaren duren en als het CDA al die jaren stuurloos blijft ronddobberen in de politieke vijver, dan zie ik de desinteresse in het CDA alleen maar toenemen. Voordat het CDA om zich heen gaat kijken om met andere geloven in discussie te treden, lijkt het mij goed dat de partij eerst zelf een duidelijke politieke koers uitzet. Laat het CDA weer een duidelijk gezicht krijgen en het imago van de dolende partij van zich afschudden. Ook dat willen de kiezers graag zien.
Na de teleurstellende en weinigzeggende spreekbeurt van Van Rij ben ik toch eens verder gaan zoeken; in de hoop iets meer te weten te komen over de politieke ideeën van de CDA-voorzitter. In het verleden had Marnix van Rij zich immers in diverse artikelen van een veel kritischer kant laten zien en hij kon niet zo kleurloos zijn geworden, als hij zich vorige week deed voorkomen. Uiteindelijk kwam ik uit bij een artikel in CD/Actueel (van 25 september jl.), waarin hij een pleidooi hield voor bezielde politiek, om zo de verstoorde balans in de samenleving terug te brengen.
Nadat ik me weer door het wollige en moeilijke taalgebruik heen had geworsteld, kwam ik toch een aantal interessante punten tegen. Zo signaleert Van Rij een scheefgroei op een aantal gebieden. Als eerste noemt hij de steeds groter wordende kloof tussen arm en rijk en hij constateert dat de economische vooruitgang heeft geleid tot een enorme milieuvervuiling. Helaas blijft het in het bewuste artikel alleen bij constateringen en wil hij de antwoorden zoeken in een debat met verschillende groeperingen binnen zijn Centrum voor Politiek, Religie en Spiritualiteit.
Ik zou de antwoorden toch graag binnen het CDA zelf zoeken. De punten die Van Rij noemt roepen namelijk om een sterke Christelijk sociale koers. Ingegeven door de eigen uitgangspunten moet het CDA zich met nieuw elan in gaan zetten voor de sociaal zwakken in onze samenleving. Daarbij denk ik aan de minima, de arbeidsongeschikten, de chronisch zieken, de gehandicapten, de daklozen, de verslaafden en de asielzoekers. Vervolgens dient het CDA veel duidelijker stelling te nemen als het gaat om milieuzaken. Wij hebben de aarde immers – zo staat in de Bijbel – in bruikleen gekregen en we moeten het beheren voor toekomstige generaties.
Ik blijf hopen dat het CDA eindelijk in gaat zien wat een prachtig gedachtegoed ten grondslag ligt aan de partij en dat ze daarnaar ook gaat handelen. Het CDA moet weer een echte volkspartij worden, waarbij ook de gewone man zich thuis voelt en die vanuit een duidelijke visie geïnspireerde politieke standpunten inneemt. En als D66-voorzitter Tom Kok pleit voor een nieuwe progressieve partij, laat dat dan het ‘nieuwe’ CDA zijn.